I Algemene Bepalingen

Begripsaanduidingen

Artikel 1

In dit Reglement wordt verstaan onder:

a. bestuur: het parochiebestuur als vertegenwoordiger van de rechtspersoon R.-K. parochie H. Werenfridus te Wervershoof, eigenaresse van de begraafplaats.

b. begraafplaats: het terrein bestemd voor het begraven van overledenen en voor het begraven of bijzetten van asbussen van overledenen, gelegen achter de R.K. Kerk, Dorpsstraat 73, 1693 AC te Wervershoof.

c. beheerder: degene die door het bestuur is belast met de dagelijkse leiding en het beheer van de begraafplaats: de kerkhofcommissie.

d. eigen (urnen-)graf: een ruimte op de begraafplaats, bestemd voor het begraven van één of twee overledenen of hun asbussen, waarvan het uitsluitend recht voor de duur van 20 jaar is verleend aan één rechthebbende volgens de voorwaarden van dit reglement, welk recht kan worden verlengd.

e. rechthebbende: de meerderjarige persoon of rechtspersoon aan wie het recht op een eigen (urnen-)graf is verleend.

f. algemeen (urnen-)graf: een ruimte op de begraafplaats, bestemd voor het begraven van twee overledenen, die geen verwanten van elkaar behoeven te zijn of van hun asbussen, waarvan het recht op medegebruik voor de duur van 10 jaar is verleend aan gebruikers volgens de voorwaarden van dit reglement.

g. gebruiker: de meerderjarige persoon aan wie een recht op medegebruik in een algemeen (urnen-)graf is verleend.

h. grafrecht: het recht op een eigen (urnen-) graf voor twintig jaar; het recht op bewaring van een asbus in de urnenbewaarplaats voor twintig jaar, alsmede het recht op medegebruik in een algemeen graf voor tien jaar en het recht op medegebruik in een algemeen urnengraf voor tien jaar.

i. bijzetting:

  1. het begraven van een overledene in een graf waarin reeds een overledene is begraven;
  2. het begraven van een asbus/urn in een graf waarin reeds een overledene of een asbus/urn is begraven;
  3. het plaatsen van een urn op een graf, waarin reeds een overledene of een asbus/urn is begraven;
  4. het plaatsen van een asbus/urn in een columbarium.

j. asbus: hermetisch afgesloten koker met de as van de overledene.

k. urn: voorwerp waarin een of meer asbussen zijn opgeborgen. De bepalingen voor asbussen in dit Reglement gelden ook voor urnen.

l. columbarium: voorziening op de begraafplaats waarin asbussen of urnen in een onverbrekelijk afgesloten ruimte dan wel hecht aan de plaats van bijzetting verbonden worden opgeborgen.

m. Strooiveld: terrein dat bestemd is om permanent as te verstrooien.

Bestuur

Artikel 2

Het bestuur is gebonden aan het Algemeen Reglement voor het bestuur van een parochie van de Rooms Katholieke Kerk in Nederland en terzake van het beheer van de begraafplaats bovendien aan dit Reglement.

Beheerder

Artikel 3

Het bestuur kan een van zijn leden of een andere persoon, in dit reglement te noemen de beheerder, belasten met de dagelijkse leiding en het beheer van de begraafplaats.

De beheerder is bevoegd om namens het bestuur opdrachten te verlenen, het beheer van de begraafplaats betreffende en om namens het bestuur grafrechten te verlenen.

Regelingen vóór een begraving

Artikel 4

  1. Voor de begraving dient aan de beheerder het verlof tot begraving of de bereidverklaring tot het bezorgen van de as te worden getoond.
  1. De voor de begraving en bewaring van een asbus noodzakelijke bescheiden, zoals de grafakte en de kwitantie van betaling van de verschuldigde rechten of een deugdelijk bewijs van begraving of bewaring van een asbus voor rekening van derden en de eventuele autorisatie van de rechthebbende (of de gebruiker) moeten vóór de begraving c.q. bewaring aan de beheerder worden overgelegd.

Bevorderen van natuurlijke ontbinding

Artikel 5

  1. Het is verboden om een overledene te begraven in een zinken of andere metalen of kunststof (binnen)kist.
  1. Bij de begraving van een overledene is het niet toegestaan deze van een lijkhoes dan wel van een lijkomhulsel te voorzien, welke niet voldoet aan het Lijkomhulselbesluit 1998 en alle overige wettelijk voorgeschreven vereisten ten behoeve van de bevordering van de lijkvertering en eventuele andere met deze regelgeving samenhangende doeleinden.
    De rechthebbende heeft er zorg voor te dragen dat hijzelf dan wel de bij de lijkbezorging betrokken uitvaartverzorger hiervoor afdoende maatregelen neemt en desgewenst op verzoek van de beheerder een daartoe strekkende verklaring afgeeft.
  1. Het is verboden om in een kist of ander omhulsel voorwerpen of objecten bij te sluiten die niet tot de kist of de overledene behoren, anders dan kleine verteerbare grafgiften. De materialen die verwerkt zijn in de lijkkist, de lijkhoes en de kleding van de overledene dienen zoveel mogelijk van natuurlijk verteerbare aard te zijn. In geval van ernstige en gerechtvaardigde twijfel of de materialen aan deze eis voldoen, kan de beheerder een controle instellen. Blijken de gebruikte materialen niet aan de eis te voldoen dan kan begraving geweigerd worden.
  1. De rechthebbende is verantwoordelijk voor het naleven van de onder lid 1 t/m 3 vermelde voorschriften.

De begraving van een overledene en de bewaring van een asbus

Artikel 6

  1. Een begraving of de bewaring van een asbus geschiedt op een dag en uur, met de beheerder tevoren overeen te komen en volgens aanwijzing van de beheerder.

De begraafplaats is niet toegankelijk voor de lijkwagen of de volgwagens. De beheerder kan, uitsluitend voor mindervalide personen, uitzondering toestaan.

  1. De kist, dan wel het omhulsel en de asbus moeten zijn voorzien van een registratienummer, welk registratienummer moet worden opgenomen in het register van de overledenen.

Werkzaamheden op de begraafplaats

Artikel 7

  1. Het delven en dichten van graven, het openen van een graf, het opdelven van stoffelijke resten en het bijzetten van asbussen geschieden uitsluitend door het personeel van de begraafplaats of, in opdracht van het bestuur, door derden.
  1. Het bestuur geeft aan hen, die door de rechthebbenden zijn belast met de bouw, de aanleg of het onderhoud van de graftekens en/of beplantingen gelegenheid om hun werkzaamheden te verrichten op tijden dat de begraafplaats daarvoor geopend is. Zij volgen hierbij de aanwijzingen van de beheerder.
  1. Geen werkzaamheden mogen worden verricht op zon- en feestdagen en tijdens begravingen en diensten in de kerk of uitvaartcentrum. Op zaterdagen mogen geen werkzaamheden door beroepskrachten worden verricht, in opdracht van rechthebbenden, maar is uitsluitend de grafverzorging door de nabestaanden toegelaten.
  1. Iedere dag dienen gereedschappen, afkomende materialen en hulpmaterialen te worden meegenomen of te worden geplaatst of gestort volgens aanwijzingen van de beheerder.

Bezoekers

Artikel 8

Het bestuur bepaalt de tijden, waarop de begraafplaats voor bezoekers toegankelijk is. De begraafplaats is voor auto’s en voor fietsen (al of niet met hulpmotor) gesloten. Honden worden alleen aangelijnd op de begraafplaats toegelaten. De beheerder kan voor mindervaliden uitzondering toestaan. Bezoekers wordt verzocht luidruchtigheid te vermijden.

Voor het houden van dodenherdenkingen of de plechtige onthulling van een grafteken moet tevoren schriftelijke toestemming zijn verkregen van het bestuur.

Administratie

Artikel 9

  1. Het bestuur is verantwoordelijk voor het voeren van de administratie van de begraafplaats. De administratie bevat in ieder geval het wettelijk verplichte register van de overledenen met vermelding van hun registratienummer en aanduiding van de plaats op de begraafplaats waar zij begraven zijn, alsmede een dergelijk register van de bewaarde asbussen.
    Daarnaast bestaat er het nabestaandenbestand grafrechten, waarin de namen en adressen van alle rechthebbenden en gebruikers worden geregistreerd.
  1. Het boekjaar van de begraafplaats loopt van 1 januari tot en met 31 december. Alle rechten, verleend in het eerste halfjaar worden geacht te zijn verleend per 1 januari daaraan voorafgaand. Alle rechten verleend in het tweede halfjaar worden geacht te zijn verleend per 1 januari daaropvolgend.