Hoofdstuk IX

IX Geschenken aan de kerk

Vooral in de eerste 25 jaren is de kerk “aangekleed” door vele milde gevers. Zij dragen bekende Wervershoofse namen: Bakker, Koopman, Laan, Slot, Vriend, Nan, Schoenmaker, Kuin, Vlaar, Neefjes, Boon, Dol, Visser, Grooteman. Er zijn ook anonieme weldoeners en grotere en kleinere groepen.
Ook de pastoors Van Maaseland en Ranshuysen en de kerkmeesters lieten zich niet onbetuigd.
De geschenkenlijst omvat: drie altaren, vijf heiligenbeelden, communiebanken, tabernakel-deuren, monstrans, kelk, ciborie, misgewaden, voor het priesterkoor: siertegelvloer met kleden en lopers, smeedijzeren hekken achter voor de kapellen, preekstoel, beschildering van muren en gewelf in het voorste deel van de kerk, torenuurwerk, altaarschellen, juwelen voor heiligenbeelden en monstrans, kruiswegstaties.
Bij de meeste giften staan de bedragen genoteerd en als we ook de overige taxeren, dan blijkt het een bedrag te worden van zeker f 50.000,—, dus meer dan een derde van de bouwkosten van de kerk en de pastorie! In onze geldswaarde is dat zeker een half millioen!!
EERBIED, HULDE EN DANK AAN AL DIE GOEDE WERVERSHOVERS!
Bij de belangrijkste geschenken past een korte toelichting:

  1. het hoofdaltaar, neogotisch in zandsteen uitgevoerd (nu verdwenen) met aan weerszijden de beelden van de H. Bonifatius en de H. Willibrordus, was een geschenk van alle parochianen f 9600,—);
  2. twee kerkmeesters gaven het Maria- en het Jozefaltaar (nu verdwenen) ter waarde vanf 5600,—;
  3. beide communiebanken met engelenbeelden werden door een weduwe gegeven (f 2900,—). Twee panelen er van, voorstellend: a: Jezus en de Samaritaanse bij de bron en b: de Emmausgangers, hangen in de zaal van de pastorie NOTA: 1, 2 en 3 zijn gemaakt door J. A. Oor in het atelier van dr. Cuijpers te Roermond;
  4. de preekstoel is het geschenk van een onbekende weldoener op St Werenfriedsdag 14 aug. 1885 (f 3600,—). Kerstmis d.a.v. werd hij voor het eerst gebruikt. Een bekroonde leerling van de Antwerpse Kunstacademie, Jozef Thissen te Roermond, had hem gemaakt en er een eerste prijs mee behaald op de Antwerpse wereldtentoonstelling. − Op de kuip is het leven van St. Jan de Doper in drie grote en een klein tafereel uitgebeeld: (van r. naar l.): zijn naamgeving door zijn ouders; Jezus wordt door hem aangewezen als “Lam Gods”; hij beschuldigt Herodes en Herodias van echtbreuk; en (op het kleine paneel) zijn afgeslagen hoofd op de schotel. De kolom wordt omgeven door de beelden van de vier Westerse Kerkvaders, als symbool der geloofsverkondiging (van r. naar l.): een bisschop met boek, herdersschopje en een door ’n pijl doorboord hart op de hand: H. Augustinus †430; een bisschop met boek waarop een bijenkorf: H. Ambrosius †397; een heilige met kardinaalshoed op en een boek in de hand: H. Hieronymus †419; tenslotte een pausfiguur (tiaar) met boek: H. Gregorius †604. Boven de predikantsplaats een duif (de H. Geest) en er achter: de goede Herder. Bij het begin van de trap twee en op het klankbord nog acht engelen;
  5. het beeld van Antonius van Padua werd bij het 40-jarig priesterfeest van pastoor Antonius F. Ranshuijsen. 30 maart 1890, door 38 parochianen geschonken (f 658.50). De beeldhouwer van de preekstoel had ook dit gemaakt. Oorspronkelijk was het veelkleurig, maar bij de grote kerkrestauratie heeft men de verf verwijderd en is het edele hout weer zichtbaar. Maar van de grote middenpilaar (zie foto hierna) is Antonius naar de zijmuur verhuisd!
  6. de 14 kruiswegstaties zijn tussen 1905 en 1911 door 9 bekende en 5 onbekende parochianen geschonken (ieder f 500,—). Ze zijn geschilderd door de Haarlemmer Frans Loots, die voor veel kerken werkte;
  7. de afbeelding van O.L. Vrouw van altijddurende bijstand is een cadeau van de oud-kapelaans na de restauratie in 1948/’49.

Het zal een grote vreugde voor alle parochianen zijn, dat een hunner bij het eeuwfeest van de kerk een beeld van St. Werenfried heeft bekostigd, dat gemaakt is door de kunstenaar H. v.d. Idsert (Bergen N.H.) en in de herdenkingsbijeenkomst op 18 sept. 1975 wed onthuld.
Hij is uitgebeeld als benediktijnermonnik met scheepje (zie hoofdstuk V) en missionariskruis.
Hiermee is een gelukkig einde gekomen aan de afwezigheid van Werenfried uit zijn eigen kerk, ontstaan toen het raam met zijn grote beeltenis (midden boven het priesterkoor) vervangen werd door een voorstelling van de H. Drieëenheid.
“De tijden veranderen en wij met hen”: vroeger gaven parochianen veel concrete geschenken, vaak bij communie-, huwelijks- en jubileumfeesten of door testamentaire beschikking. Tegenwoordig geeft men gul aan de kerk door middel van acties als “Kerk van de grond”, “Kerkbalans”, “Gemeenschapsveiling” e.d.
“Variis modis bene fit” d.w.z. op verschillende manieren kan men goed doen.
Moge de komende generatie van onze parochie in het goede voetspoor van verleden en heden voortgaan!!

J.K.

Ga naar hoofdstuk X >